Veel dierenartsen kennen de ziekte van Aujeszky alleen uit de studieboeken. Maar als het natuurbeleid niet op de helling gaat, komt daar wel verandering in. Hoog tijd om de populatie wilde zwijnen te verkleinen.
Het is alweer heel wat jaren geleden dat een gedeelte van het werk van dierenartsen bestond uit het vaccineren van vleesvarkens tegen de ziekte van Aujeszky. In de vaak donkere stalletjes met lage plafonds en hoge hokafscheidingen moest 2 maal per ronde gevaccineerd worden. Aan het einde van zo’n bedrijfsbezoek zat je nogal eens flink onder het stof, met spinnenwebben vastgeplakt aan je haar en blauwe plekken op je benen door het beklimmen van de hindernisbaan in de afdelingen.

Verplichte monitoring
In 2006 is het vaccinerengestopt en in 2009 kreeg Nederland de officiële status ‘Aujeszky-vrij’. De ziekte is al ruim 10 jaar totaal niet meer aan de orde. We worden er alleen nog maar aan herinnerd door de verplichte monitoring en de klinische inspectie. 3 maal per jaar dienen er 3 bloedmonsters per bedrijf onderzocht te worden op de ziekte en op fokbedrijven wordt maandelijks gemonitord.
Toch is het een ziekte waar we zeker wel rekening mee dienen te houden. Zo komen bijvoorbeeld vanuit Duitsland en Oost-Europa zo nu en dan meldingen van wilde zwijnen die besmet zijn met het virus.

Ziekteverschijnselen
Voor jonge biggen is de ziekte dodelijk, ze overlijden na ernstige zenuwverschijnselen. Volwassen zwijnen en varkens overleven de ziekte vaak wel en scheiden het virus voor langere tijd uit. Bij zeugen zie je soms alleen luchtwegproblemen of verwerpen. Het kan dus zeker gebeuren dat de ziekte niet meteen herkend wordt.
Gevaar voor andere dieren
Gelukkig zijn wij mensen niet gevoelig voor het Aujeszky-virus. Maar in tegenstelling tot de meeste andere varkensziekten, is Aujeszky wel gevaarlijk voor veel andere diersoorten. Zo verloopt de ziekte bij runderen en schapen heel snel en is het vrijwel altijd dodelijk. Heel opvallend is de enorme jeuk die de dieren hebben. Honden en katten gaan door verlamming van de keel schuimbekken, de ziekte lijkt veel op hondsdolheid.
Elke dierenarts herinnert zich denk ik wel de videobeelden die tijdens de colleges aan bod kwamen. Daar moesten we het dan ook mee doen, want de meesten hebben, ook tijdens hun studie, nog nooit een Aujeszky-patiënt in het echt gezien.wild zwijn

Explosieve groei populatie wilde zwijnen
Varkens en andere dieren kunnen de ziekte oplopen door contact met een ziek varken of bijvoorbeeld door het eten van rauw varkensvlees. Zo heeft een jachthond een grotere kans om in het bos geïnfecteerd te raken met het virus dan een varken wat binnen gehouden wordt.
‘Ons land is te klein en te vol om de natuur maar zijn gang te laten gaan’
De kans dat de ziekte weer uitbreekt, is wellicht klein maar zeker niet verwaarloosbaar. De populatie wilde zwijnen is de laatste jaren explosief gegroeid. De dieren breiden hun leefomgeving steeds verder uit. Naast de schade die aan landbouwgewassen toegebracht wordt en het toenemend aantal aanrijdingen met wilde zwijnen, wordt zo ook de dreiging van ziektes zoals Aujeszky, Klassieke en Afrikaanse varkenspest steeds groter.
Nederland is geen ongerept en eindeloos groot natuurgebied. Wat voor de koeien en herten in de Oostvaardersplassen geldt, geldt zeker ook voor de wilde zwijnen: ingrijpen in het bestand is noodzakelijk, ons land is te klein en te vol om de natuur maar zijn gang te laten gaan.

Tineke van de Veerdonk/ BOERDERIJ/ 10 mei 2018