VarkensartsVaccineren is een routineklus op veel bedrijven. Daar schuilt ook gelijk het gevaar. Effectief vaccineren vraagt een nauwkeurige werkwijze.

Afgelopen weken zijn door onze praktijk enkele klantenavonden georganiseerd. De bijeenkomsten gingen over een echte routineklus: vaccineren. De varkenssector vormt een uitzondering op alle andere diersoorten, want de varkenshouder mag onder bepaalde voorwaarden zelf zijn of haar dieren vaccineren.

Goed om hier eens uitgebreid bij stil te staan. Vaak wordt aangenomen dat een bepaalde ziekte geen oorzaak meer kan zijn van problemen op een bedrijf, er wordt toch immers tegen gevaccineerd?

Vaccin is waardeloos als flesjes bevroren in koelkast

Helaas ligt het niet zo eenvoudig: er zijn veel factoren die invloed hebben op de effectiviteit van een vaccinatie. Dit begint al bij de bewaring van de vaccins. Nogal eens krijgt de oude koelkast uit de keuken een tweede leven in de stal, en het is soms maar de vraag hoe goed deze nog werkt. Als de flesjes vastgevroren aan de achterwand geplakt zitten, kun je ervan uitgaan dat het vaccin waardeloos is geworden.

Investeer in een goede koelkast

Investeren in een goede koelkast is maar een heel kleine uitgave in verhouding tot de waarde van de medicijnen die er in bewaard worden. Op een bedrijf van 500 zeugen waar de biggen een tweetal vaccinaties toegediend krijgen, kan de waarde van de zeugen- en biggenvaccins per jaar al wel zo’n € 40.000 bedragen!

Aujeszky en PRRS

Per ziekte is de effectiviteit van vaccins verschillend. Een bekend, zeer effectief vaccin is het vaccin tegen de ziekte van Aujeszky, dat tot 2009 met veel succes ingezet werd. PRRS, daarentegen, is een infectieziekte die nauwelijks met alleen vaccinatie onder controle te krijgen is. De hoeveelheid uitgescheiden virus daalt en de ziekteverschijnselen nemen af door vaccinatie, maar voor goede beheersing van de ziekte zijn verdere maatregelen op het bedrijf van doorslaggevend belang.

Juiste vaccinatVaccineren kan je lerenietechniek is basisvoorwaarde

Een juiste vaccinatietechniek is een basisvoorwaarde. Minstens 95% van de dieren dient goed gevaccineerd te zijn om een optimale bescherming te houden in een koppel. Rustig werken, op de goede manier spuiten, tijdig naalden vervangen. Het klinkt logisch, maar door de vaak grote aantallen dieren die gevaccineerd worden, kan dit natuurlijk wel eens anders lopen.

Er is een optimaal moment van vaccinatie

Wat zeker ook van invloed is, is het moment van vaccinatie. Dit wordt vaak op een voor de varkenshouder praktisch moment uitgevoerd. Dat biggen beter niet op het moment van spenen gevaccineerd moeten worden, is over het algemeen wel bekend. Spenen veroorzaakt veel stress en de vraag is of het immuunapparaat van een big dan voldoende zal reageren op een vaccin.

Daarnaast is het optimale moment afhankelijk van de ziektedruk en de aanwezigheid van beschermende afweerstoffen die de big via de biest van de zeug meekrijgt.

Bloedonderzoek

Er is hier steeds meer over bekend. Door middel van een bloedonderzoek, voor en enkele weken na het vaccineren, kan gecontroleerd worden of de biggen een goede bescherming opbouwen.

In de pluimveesector is zo’n standaardcheck heel gebruikelijk. Het lijkt me in de varkenssector eigenlijk ook vanzelfsprekend om te willen weten of de kostbare vaccins op deze manier zo optimaal mogelijk ingezet worden. Alleen dan zal het beste resultaat geboekt worden!

Column varkensarts Tineke/13 juli 2017/BOERDERIJ.nl