HEESWIJK-DINTHER – Joost van der Pas (27) uit Heeswijk-Dinther behoort tot de jongste generatie varkensboeren. Geen dag zonder dieren voor hem: ,,Het is levend spul, net als in een zorgcentrum kun je niet zomaar een paar dagen wegblijven.”
Joost zit sinds 2013 officieel in een bedrijf samen met zijn ouders. Het fysieke werk verdelen ze eerlijk. Maar bij keuzes voor de toekomst doen de ouders een stapje terug, zeggen zij zelf aan de keukentafel. Joost, gezegend met een gulle glimlach, geeft er een vrolijke draai aan: ,,Ons pap is de baas maar ik zeg wat er gebeurt.”
Over een jaar of tien zal Joost de boerderij overnemen die hier door de opa van vaders kant gestart is. Joost heeft zich voorbereid met een hbo-opleiding ‘agrarisch ondernemerschap’.
Nu draait hij vooral heel veel uren. En er komt weinig in zijn portemonnee: ,,Dat hoeft ook niet als je thuis woont en geen kostgeld betaalt. Ik hoef alleen op stap in het weekend. Verder probeer ik zoveel mogelijk in het bedrijf te laten zitten. Nee, als ik een vriendin zou treffen die wil weten wat ik te bieden heb dan kan ik geen loonstrookje laten zien. Maar dan pak ik de jaarrekening.”
Hun bedrijf met 600 zeugen en 2.400 vleesvarkens is kerngezond, aldus Joost. Er is uitgebreid en vernieuwd toen hij definitief besloot om boer te worden. Daarom voldoen alle stallen al aan de nieuwste, strengere Brabant regels. Die regels baren Joost wél zorgen. Want ooit zal hij toch weer moeten groeien: ,,Stilstaan kan niet als de sector verandert. Een gemiddelde boer heeft nu 500 zeugen, maar het gaat hard omhoog. Over een jaar of vijftien zijn er wel duizend bedrijven met duizend zeugen. Daar moet je niet te ver onder blijven zitten als je een beetje interessante marktpartij wilt blijven.”
Kijk voor beeldmateriaal ook op: BD.nl
BRABANTSDAGBLAD/17 juli 2017/Maarten van den Hurk